Mensenrechtenrapport toont kracht van samenwerken
Eind februari bracht ABN AMRO haar tweede mensenrechtenrapport uit. Hierin doet de bank verslag van haar inspanningen in de afgelopen twee jaar. Dat doet ze ook deze keer aan de hand van vier verschillende rollen: de bank als verlener van bancaire diensten, als werkgever, als kredietverstrekker van zakelijke leningen en als aanbieder van beleggingsdiensten. Volgens Ruben Zandvliet, Environmental, Social & Ethical Risk Advisor, laat het rapport goed zien hoe de bank het pad van theorie naar praktijk bewandelt.
Stond in het rapport in 2016 het vormgeven van het mensenrechtenbeleid centraal, in de nieuwe uitgave laat de bank vooral zien wat ze allemaal doet om mensenrechten te respecteren. En dat is volgens Ruben niet alleen veel, maar reikt ook zeer ver. “Mensenrechten gaan verder dan de maatschappelijke discussie over de palmolie en de erbarmelijke werkomstandigheden in naaiateliers in Azië. Ook dichtbij huis zijn er schrijnende situaties waarin mensenrechten worden geschonden. Het rapport helpt om het bewustzijn hierover en de alertheid op risico’s te vergroten, ook bij onze eigen medewerkers.”
Krachten bundelen voor meer impact
Dat het thema ook onder medewerkers leeft, blijkt uit de hoge opkomst tijdens de interne kennissessie ’Vijftig Tinten Groen’. “We willen het besef creëren dat het iedereen aangaat, en ook het leereffect vinden we belangrijk. Uiteindelijk willen we bereiken dat elke medewerker nadenkt over de bijdrage die hij zelf kan leveren vanuit zijn rol of functie binnen de bank. En dus stimuleren we medewerkers kennis te nemen van de inhoud van het rapport. Hoe meer mensen betrokken zijn, hoe meer we de krachten kunnen bundelen. Op die manier gaan onze mensenrechtenactiviteiten elkaar versterken en kunnen we nog meer impact realiseren. Die krachtenbundeling is echt nodig om grote stappen te kunnen maken, ook met partijen van buiten de bank.”
In het rapport komt een groot aantal externe stakeholders voorbij waar ABN AMRO mee samenwerkt. Het zijn onder meer zakelijke klanten, ngo’s, vakbonden, universiteiten, de overheid, en andere banken. “Je kunt in je eentje de wereld niet veranderen. Hiervoor moet je allianties en samenwerkingen aangaan. Zo zijn we momenteel met meerdere partijen in gesprek over kleinere ngo’s die actief zijn in hoog-risico landen. Zij doen goed werk, vaak in crisisgebieden, en zijn gebaat bij voldoende financiële middelen ter plaatse. Alleen laat het risicobeleid van banken dat niet toe en dus vallen dit soort goede doelen buiten de boot. En daarmee ook al die mensen die afhankelijk zijn van hun hulp. Dat raakt onze rol als dienstverlener en daar moeten we iets mee.”
Klimaatverandering en mensenrechten
Een ander aandachtspunt van de bank dat in het rapport ter sprake komt zijn de grove mensenrechtenschendingen bij het slopen van schepen.. “In onze rol als kredietverstrekker hebben we samen met andere banken de Responsible Ship Recycling Standards opgesteld. Deze moeten stimuleren dat reders hun schepen na het verstrijken van de economische levensduur niet meer onder erbarmelijke omstandigheden laten ontmantelen.” Regelmatig komen er bij de bank nieuwe problemen aan het licht. “Soms heeft het oplossen van het ene probleem negatieve impact op iets anders. Dat zien we bijvoorbeeld in relatie tot het klimaat. Het feit dat er steeds meer elektrische auto’s komen is een goede zaak. Alleen de winning van kobalt, dat nodig is voor de batterijen van die auto’s, gaat gepaard met mensenschendingen als kinderarbeid, bijvoorbeeld in Congo. Maar denk ook aan de constructie van waterdammen of windparken om hernieuwbare energie op te wekken. We zien vaak dat landrechten bij dergelijke projecten niet worden gerespecteerd.”
Mensenrechtenrapport als managementtool
De bank vindt het belangrijk om transparant te zijn over haar doen en laten. “ABN AMRO heeft al sinds 2011 een sterke focus op mensenrechten. Dat vertaalt zich in het rapport overigens niet alleen in een hoera-verhaal, we staan ook uitgebreid stil bij dilemma’s en obstakels. Het mensenrechtenrapport is voor ons ook een managementtool. We gebruiken de rapportage om onze activiteiten te monitoren en toekomstige acties te plannen. Als je kijkt naar de kwetsbare klantgroepen onder onze rol als dienstverlener, doen we heel veel. Maar het zijn veel losse initiatieven. Ook hebben we sommige groepen nog niet duidelijk in het vizier. Door dit beter te bundelen, kunnen we nog meer vooruitgang boeken. Hoe fijn het ook is om positieve impact te realiseren, je bent eigenlijk nooit klaar. Dat is inherent aan mensenrechten.”
De bank werkt ook aan het verbeteren van haar onderzoeksmethoden, ‘due diligence’ in banktermen. “Op onze laatste mensenrechtenconferentie sprak de oprichtster van TIMBY, dat staat voor This Is My Backyard. Zij hebben een app ontwikkeld waarmee ze mensen in kwetsbare gebieden een stem geven. De simpele applicatie stelt de mensen in staat evaluaties af te geven over de leef- of werksituatie waarin ze verkeren. Uiteraard is het succes in hoge mate afhankelijk van voldoende gebruikers. We hopen dat onze klanten gebruik gaan maken van innovaties zoals TIMBY. Bedrijven met vestigingen in minder stabiele of onderontwikkelde landen doen er goed aan vinger aan de pols te houden over de situatie ter plaatse. Zo kunnen zij tijdig ingrijpen als er mensenrechten geschonden worden. Elk bedrijf dat duurzaamheid hoog in het vaandel draagt, wil niet met dit soort praktijken in verband worden gebracht.”
Voor Ruben kan er niet genoeg aandacht uitgaan naar mensenrechten. “Op de dag van de publicatie van het rapport was ons project over het opsporen van mensenhandel op het achtuurjournaal. Dat soort positieve media-aandacht is voor mij de bevestiging dat wij onze invloed op het gebied van mensenrechten serieus moeten blijven nemen. En dat doen we ook. De komende tijd gaan we nog meer inzetten op het verankeren van ons mensenrechtenprogramma binnen de organisatie. En we blijven ons intensief buigen over de vraag hoe we onze negatieve impact op mensenrechten zo veel mogelijk kunnen verkleinen en onze positieve impact kunnen versterken. Daarbij blijft samenwerking cruciaal, intern met vele collega’s, maar ook met onze partners van buiten de bank.”