Hoe spoort ABN AMRO criminele transacties op?
Bij nieuwe klanten zoeken we bijvoorbeeld in openbare bronnen, zoals media-archieven en gerechtelijke veroordelingen. Daarvoor gebruiken we geavanceerde software, met informatie uit 100.000 openbare bronnen uit 240 landen.
Blijkt een bedrijf of een particulier bijvoorbeeld fraude gepleegd te hebben, dan willen we die misschien niet als nieuwe klant. We kunnen zo’n klant ook in een hogere risicocategorie plaatsen als we de risico’s nog wel beheersbaar vinden. Dat betekent dat we de klant en zijn transacties extra scherp blijven checken.
Van bestaande klanten monitoren we alle transacties. Dat doen onze medewerkers in de contacten met klanten, maar daar hebben we ook slimme software voor. Die zoekt op allerlei typen afwijkende transacties. Per dag vinden de algoritmen honderden van zulke transacties.
Als we zo’n afwijkende transactie onderzoekwaardig vinden, kunnen we de klant bellen en vragen om uitleg. Bij sommige klanten blijkt er dan niets aan de hand. Maar wanneer een klant de transactie niet goed kan verklaren en we de risico’s te groot vinden, kunnen we afscheid nemen van die klant. Als een klant geen of geen bevredigende uitleg geeft over een afwijkende transactie of als we zelf de transactie ongebruikelijk vinden, melden we deze ongebruikelijke transactie aan de Financial Intelligence Unit. Zij doen verder onderzoek en kunnen melding doen aan de opsporingsdiensten, zoals de politie, FIOD of aan het Openbaar Ministerie.
Ongeveer 1,5% tot 2% van de afwijkende transacties die we onderzoeken, blijken uiteindelijk meldenswaardige transacties te zijn. Toch missen we ook criminele transacties, omdat criminelen graag hun geld en vrijheid behouden, en steeds nieuwe manieren bedenken die onze medewerkers of onze algoritmes nog niet herkennen.
Daarom evalueren we onze methoden en algoritmes ieder jaar. Onze software is bovendien deels gebaseerd op kunstmatige intelligentie, en wordt dus steeds slimmer in het detecteren van onderzoekwaardige transacties.