Oekraïense vluchtelingen kunnen en mogen snel aan het werk
In crisistijd is veel mogelijk. Na de ministerraad van afgelopen vrijdagmiddag werd bekend dat er een spoedregeling is ingediend bij de Raad van State om Oekraïners aan het werk te helpen. Vanaf 1 april is het mogelijk om op basis van een Oekraïens paspoort een jaar in Nederland te werken. Eventueel wordt dat later verlengd. Deze week kan er ook al gewerkt worden maar dan moet de werkgever een tewerkstellingsvergunning aanvragen.
In onze analyse van de arbeidsmarkt die we morgen publiceren, schrijven we dat zo’n 98.800 tot 156.000 Oekraïners naar Nederland komen en dat daarvan de helft, zo’n 50.000 tot 75.000, de arbeidsmarkt betreden. We delen de veelgehoorde analyse niet dat er ‘vooral vrouwen met kinderen komen’ en dat veel Oekraïners ‘dus’ niet zullen gaan werken. Vóórdat het beleid inging waarbij de Oekraïense grenswacht mannen terugstuurde, waren veel mannen al in de EU. Ook die kunnen naar Nederland komen.
Ten tweede is Oekraïne één van de best opgeleide landen ter wereld: volgens UNESCO heeft 83% van de bevolking tertiair onderwijs (in Nederland ROC, HBO of universiteit) gevolgd. Zoals in veel post-Sovjet staten is dit tertiair onderwijs behoorlijk bèta-georiënteerd. Volgens het World Economic Forum zijn vrouwen er iets beter opgeleid dan mannen; net als in Nederland. Oekraïne krijgt van het WEF een hogere score voor gender parity in tech roles dan Nederland. En hoewel vrouwen er een stuk minder verdienen dan mannen, werken ze relatief veel uren.
Wie nu al aan werk denkt, na het ontvluchten van een oorlog, kan waarschijnlijk één van de 387.000 openstaande Nederlandse vacatures invullen. Op basis van het Oekraïense opleidingsniveau hoeven dit niet per sé vacatures aan de onderkant van de arbeidsmarkt te zijn, zoals vaak gedacht wordt.