Publication
30 september 202411:15

Nederland - Huishoudens aarzelen om reële loonstijgingen uit te geven

Macro economyNetherlands

We verwachten een groei onder de trend voor H2 2024, met een jaarlijkse groei van 0,6% voor 2024 en 1,3% in 2025. Nederlandse huishoudens lijken terughoudend om hun reële loonstijgingen uit te geven. De kabinetsplannen zijn voornamelijk gericht op en concreet voor de korte termijn, waar beleidsambities en keuzes op de lange termijn minder concreet zijn.

De tweede berekening van het Nederlandse bbp bevestigde dat de Nederlandse economie in het tweede kwartaal met 1% k-o-k is gegroeid, ook de groei in het eerste kwartaal bleef ongewijzigd op -0,3%. Het onderliggende beeld bleef hetzelfde, waarbij de stijging van het bbp voornamelijk gedreven werd door de exportgerichte Nederlandse industriële sector, die na een zwak eerste kwartaal weer beter heeft gepresteerd. In mindere mate droegen ook de overheidsconsumptie en de investeringen positief bij aan de groei. Bij de tweede berekening van het bbp wordt ook de onderliggende verdeling van de investeringen gepubliceerd. Een volle investeringsagenda van de overheid was de belangrijkste aanjager van de stijging, terwijl de private investeringen daalden. Wij denken dat deze sterke groei in het tweede kwartaal geen vervolg krijgt in de daaropvolgende kwartalen. Hoge rentetarieven, een zwakke industriële sector en terughoudende consumenten houden de groei laag. De groei zal volgend jaar verder aantrekken als de rente verder wordt verlaagd, de wereldhandel aantrekt en de consumentenvraag toeneemt. We verwachten een gemiddelde groei van 0,6% in 2024 en 1,3% in 2025.

Huishoudens blijken terughoudend om hun reële inkomensstijgingen uit te geven. Net als in de eurozone – zoals beschreven in het hoofdverhaal – zijn de Nederlandse reële inkomens over het algemeen gestegen. Terwijl de bestedingen in de dienstensector goed blijven presteren (hoewel enigszins gehinderd door het slechte weer in het tweede kwartaal), blijft de consumptie van goederen achter. Enquêtes blijven aangeven dat huishoudens sparen op dit moment belangrijk vinden, om te profiteren van de hoge rentes. De spaarquote kwam in het tweede kwartaal van dit jaar daarmee boven het niveau van voor de pandemie uit. De hoge rentes zorgen er ook voor dat huishoudens minder lenen. Het grootste deel van de Nederlandse huishoudens leent via hypotheken en deze zijn sterk gedaald toen de rente werd verhoogd. Dit versterkte de algemene trend die in 2013 begon, waarbij huishoudens hun hypotheek meer aflossen dan in het verleden als gevolg van wijzigingen in de regelgeving die de aantrekkelijkheid van aflossingsvrije hypotheken hebben verminderd. De pandemie, de energiecrisis en de restrictieve rentetarieven lijken het proces te hebben versneld, waarbij de hypotheekschuld als percentage van het bbp in het tweede kwartaal van 2024 het laagste punt in 22 jaar bereikte. Gezien de reële inkomensgroei, het geleidelijk stijgende consumentenvertrouwen en het aantrekken van nieuwe hypotheekleningen, verwachten wij voor de rest van het jaar een stijging van de consumptie.

Het zijn een paar drukke weken geweest in de Nederlandse politiek met de presentatie van de begroting voor 2025 op Prinsjesdag en de bekendmaking van de plannen van het nieuwe kabinet voor de eerste termijn. Over het algemeen zijn de kabinetsplannen voornamelijk gericht op en concreet voor de korte termijn, waar beleidsambities en keuzes op de lange termijn minder concreet zijn. De belangrijkste onderwerpen zijn migratie, de ambitie om het woningaanbod drastisch te vergroten en lastenverlichting via bijvoorbeeld een lager eigen risico en een extra belastingschijf om de lasten voor middeninkomens te verlagen. Tegelijkertijd is het beleid voor de langere termijn trends (krapte op de arbeidsmarkt, vergrijzing) en uitdagingen (klimaatdoelen halen, stikstofuitstoot verminderen, zwakke productiviteitstrend) waar de Nederlandse economie voor staat niet concreet of afwezig. Met de nieuwe plannen verwachten we een iets hogere bbp-groei in 2025, hoewel de impact van het beleidspakket beperkt is. Aan het begin van het kabinet staan de overheidsfinanciën er goed voor. In de afgelopen twee jaar is het begrotingstekort beperkt gebleven en de schuldquote is met ongeveer 40% ver verwijderd van de 60%-norm. De richting is echter een van verdere verslechtering, met hoge begrotingstekorten en een stijgende schuldquote.

Share this research
  • Delen via LinkedIn
  • Delen via Facebook
  • Delen via X
  • Delen via Mail