Column

Column - Staalindustrie weer in crisismodus

DuurzaamheidKlimaateconomieEnergietransitieKlimaatbeleidSocial impact

De Europese staalindustrie heeft momenteel pittig wat tegenwind te verduren. Zwakke vraag, hoge energiekosten, lage marges, stevige wereldwijde concurrentie, meer Chinese export van staal, toenemende druk om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en een nieuwe reeks van Amerikaanse handelstarieven. De staalindustrie heeft echter voor heel wat uitdagingen gestaan in de afgelopen decennia. Zij is daarmee gepokt en gemazeld als crisismanager. Maar zou het kunnen zijn dat deze storm iets te perfect is voor de Europese staalindustrie?

Diepe wortels

Crisistijden komen wel vaker voor in de staalindustrie en kent ook diepe wortels. Globalisering en het openstellen van wereldmarkten, China lid van de Wereldhandelsorganisatie (WHO) met een hausse in goedkope Chinese export, gevolgd door onderbezetting en structurele overcapaciteit. Maar ook lage productiviteit en hoge arbeidskosten (vooral in Europa). Gevolg van dit alles: zwakke en volatiele wereldwijde staalprijzen. Het speelt de sector nog steeds parten.

En vervolgens wordt de druk in Europa ook nog eens opgevoerd om de uitstoot van broeikasgassen in een hoger tempo terug te dringen. Een stevige transformatie die tientallen, zo niet honderden miljarden euro’s zal gaan kosten. Daarover lopen de schattingen flink uiteen. Ook dit brengt de sector veel financiële stress. En nog steeds is de financiering van de klimaatneutrale transitie van de staalindustrie een verhit punt van discussie. Want wie pakt deze rekening uiteindelijk op?

Klimaatimpact

Het staat buiten kijf dat de impact van staal op het milieu groot is. Bij de productie van staal komt veel CO2 vrij. In 2024 werd er wereldwijd ruim 1,8 miljard ton staal gemaakt, slechts 1% minder dan het jaar ervoor. Het Internationale Energieagentschap (IEA) schat dat de directe CO2-uitstoot als gevolg van de productie van ruw staal ongeveer 1,4 ton per ton geproduceerd staal bedraagt. Dat is dus zo’n 2,5 miljard ton CO2 in totaal per jaar. Daarmee is de staalindustrie verantwoordelijk voor ongeveer 6-7% van de totale wereldwijde CO2-uitstoot in 2024. Met zo’n stevige voetafdruk moet klimaatactie hoog op de agenda staan.

Maar het tempo van de CO2-reductie in de staalindustrie is relatief traag. Koolstofbeprijzing (via het EU-ETS emissiehandelssysteem) moet bedrijven in de sector stimuleren om te verduurzamen. Een hogere CO2-prijs en een geleidelijke afbouw van de gratis emissierechten voert echter de druk op de marges in de staalindustrie nog verder op. Dat maakt van het investeren in nieuwe duurzame technologieën een nog grotere uitdaging, vooral als het economisch tij tegenzit. Om de staalindustrie toch nog competitief te houden in deze transitie moet het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) vanaf 2026 soelaas bieden. Dan treedt CBAM echt in werking en wordt de goedkope staalimport (vooral uit China) zonder koolstofbeprijzing een heffing opgelegd.

Moeilijke tijden

Of CBAM echt zo effectief is weten we op z’n vroegst pas over een jaar. Maar om de stalen neuzen nu alvast in dezelfde richting te krijgen en alle urgente problemen te adresseren vond vorige week de Strategic Dialogue on Steel plaats op initiatief van de Europese Commissie. Vertegenwoordigers uit de hele staalwaardeketen kwamen bij elkaar. Er werd gesproken over het concurrentie, over circulariteit, over de transitie, decarbonisatie en elektrificatie, over eerlijke handelsbetrekkingen, over een internationaal gelijk speelveld en wat meer onafhankelijkheid van de VS alstublieft.

Volgens Eurofer – de EU branchevereniging voor staal – kunnen de protectionistische maatregelen van de VS ertoe leiden dat de EU zo’n 3,7 miljoen ton exportstaal naar de VS verliest en dat goedkoop staal uit andere landen van de VS naar de EU-markt wordt verlegd. Geen positief beeld en het voedt de storm alleen maar meer. Het heeft er dus alle schijn van dat bedrijfscontinuïteit binnenkort een hogere plaats op de agenda krijgt dan schone productie. Het scenario van uitstel van de klimaatdoelen, net zoals in de auto-industrie, lijkt daarmee dichterbij te komen.

Deze column heeft op 10 maart in de Financiele Telegraaf gestaan