Column - Dubbele blik op aluminium
‘Het is licht, duurzaam en functioneel’ aldus het International Aluminium Institute (IAI). Ondanks dat de uitspraak wat weg heeft van een ‘wij van WC-eend…’-slagzin, blijft het metaal inderdaad een relevante rol spelen in de economie. Het is overal te vinden: in huizen, in auto's, in treinen, in vliegtuigen, in mobiele telefoons, in computers, in koelkasten en ook in allerlei koolstofarme technologieën (zoals windmolens en zonnepanelen). Dit kan alleen maar meer worden.
Oneindig aluminium
Aan aluminium is geen gebrek. Volgens het U.S. Geological Survey (USGS) bevat de aardkorst nog zo’n 55 tot 75 miljard ton bewezen reserves aan bauxiet. Dit is het ruwe materiaal voor het maken van alumina en uiteindelijk aluminium. Afgezet tegen de huidige productieniveaus is dat nog voldoende voor honderden jaren mijnproductie, dus echt schaars is het niet. De herwinbaarheid ervan is ook relatief hoog. Zo ligt de mondiale Recycling Efficiency Rate (RER) van aluminium momenteel op zo’n 76%. Dit percentage ligt hoger dan bijvoorbeeld voor glas en kunststof. Groot voordeel van aluminium is bovendien dat je het oneindig kan recyclen zonder kwaliteitsverlies. Het degradeert vrijwel niet in het recycleproces. Er is natuurlijk ook een keerzijde…
Energieslurper
Aluminium wordt ook wel ‘ingeblikte elektriciteit’ genoemd. En dit is meteen het grote nadeel ervan. De productie van primair aluminium vergt ontzettend veel energie. Veel meer dan het raffineren van andere basismetalen. Om dit te illustreren: stel we maken van elk van de vier basismetalen (dat zijn dus aluminium, koper, nikkel en zink) één ton geraffineerd materiaal uit ertsen. We hebben dan dus vier ton primair geproduceerd basismetaal. Van het totale energieverbruik voor het maken van deze vier ton komt 52% voor rekening van de productie van aluminium. Dit is nogal een verschil. De koolstofintensiteit van de productie van ‘ingeblikte elektriciteit’ is daarmee dus vooral afhankelijk van de koolstofvoetafdruk van de elektriciteitsproductie. Dan is het vergroenen van de energiemix de sleutel tot het vergroenen van de aluminiumproductie. Zolang dit niet doorzet, blijft aluminium een stevige koolstofstempel drukken. Bij de productie van secundair aluminium – dus met schroot als belangrijkste input – is de energiebesparing echter enorm en is slechts een fractie van de energie nodig. Voor het secundair aluminiumproces is nog maar 5-10% nodig van de benodigde energie voor het primaire aluminiumproces. Dan is dit uiteindelijk de voorkeursroute, mits de aanvoer van schroot dan voldoende is om aan de vraag te voldoen. Daar wringt de schoen soms nogal.
Grote behoefte blijft
Het Internationale Energie Agentschap (IEA) gaat in haar analyse uit van 37 kritieke metalen. Dit zijn economisch gezien de meest relevante en onmisbare metalen, waarvoor bovendien geldt dat de risico’s in de toeleverketen het grootst zijn. Ook is er een lijst met strategische metalen. Hierop staan onze eerder genoemde basismetalen zoals aluminium, koper en nikkel. Dit zijn volgens de Raad van de EU metalen waarvan verwacht wordt dat de vraag ernaar exponentieel zal toenemen, met een complex productieproces en een risico op leveringsproblemen. Aluminium verschilt in dit verband van koper en nikkel. Dit komt doordat het metaal veel meer voor het buitenwerk van de schone technologie wordt gebruikt, terwijl koper en nikkel meer tot hun recht komen in de techniek zelf.
Kritisch of strategisch: alle metalen op deze lijsten zijn van belang voor het maken van schone technologieën, defensiematerieel en consumentenproducten. In alle drie zit nog genoeg groeipotentie in de komende jaren. Neem alleen al de sterke groei van hernieuwbare energiebronnen in de afgelopen jaren, met name zonne-energie en windenergie. Dit heeft metaalmarkten een sterke impuls gegeven. En volgens het International Renewable Energy Agency (IRENA) blijft windenergie op zee één van de snelst groeiende segmenten. Om deze hernieuwbare groei te faciliteren blijven de kritische en strategische metalen hard nodig. Het geeft aan dat ook aluminium voorlopig nog een begeerlijk metaal blijft, mits de sector zelf ook sneller verduurzaamt.